Theorie: kleuren in fotografie
Heb je onze nieuwe weekopdracht gezien? Deze keer vragen we je om kleurrijke foto's in te sturen. Klinkt simpel genoeg, maar om echt alles uit je kleuren te halen in fotografie, heb je misschien wel wat aan deze opfriscursus. Wij helpen je op weg!
Het lijkt misschien basisschool tekenles materiaal, maar kleuren zijn erg belangrijk in fotografie. Ze geven een bepaalde sfeer en uitstraling aan je foto mee, en bovendien leiden ze het oog van de kijker. Even terug naar de basis dus.
Primaire kleuren
Dat zijn de ‘pure’ kleuren, namelijk rood, geel en blauw. Ze worden niet gemaakt door andere kleuren te combineren
Secundaire kleuren
Dit zijn kleuren die uit twee primaire kleuren bestaan, in een 50/50 verdeling. Bijvoorbeeld geel + rood = oranje.
Tertiaire kleuren
Deze kleuren bestaan voor 25/75 of 75/25 uit een primaire en secundaire kleur. Bijvoorbeeld blauw + groen = turquoise.
Complementaire kleuren
Complementaire kleuren liggen tegenover elkaar op de zogenaamde kleurencirkel. Het zijn:
- rood en groen
- geel en paars
- blauw en oranje
Deze kleuren worden vaak samen gebruikt, omdat ze goed bij elkaar staan en de intensiteit van beide kleuren volledig tot hun recht laten komen. Er zit het meeste contrast tussen.
Verwante kleuren
Deze kleuren liggen naast elkaar in de kleurencirkel. Ze hebben vaak een dominante kleur gemeen, meestal een primaire kleur maar het kan ook om een secundaire of tertiaire kleur gaan. Je ziet dit vaak in de natuur, denk aan de oranje en gele tinten in een herfstbos.
Kleuren
Kleur is in de eerste plaats een eigenschap van licht. De kleur van bijvoorbeeld verf komt uit het licht van de lamp of de zon. Pas in de tweede plaats is kleur een eigenschap van de dingen die kleur hebben. Dit is handig om te begrijpen, want verschil in licht geeft dus verschil in kleuren op je foto’s.
Lees ook: WhiteWall ontvangt twee TIPA Awards