Marsel van Oosten, Wildlife Photographer of the Year 2018
Hij mag dan broodnuchter en de rationaliteit zelve zijn, de eerste dagen na zijn verkiezing tot Wildlife Photographer of the Year 2018 was Marsel van Oosten 'behoorlijk in de war'. Hij schreef al meer prestigieuze prijzen op zijn naam – zo werd hij in 2015 uitgeroepen tot Travel Photographer of the Year – en ook is zijn werk regelmatig te zien in musea, galeries én in National Geographic, 'maar dit had echt veel impact'. 'Meer dan ik ooit had kunnen bedenken. Inmiddels ben ik weer geland. Het gaat weer goed.'
Dat zijn beeld 'The Golden Couple' de eerste prijs zou winnen in de categorie Animal Portraits was geen verrassing. Dat wordt fotografen voorafgaand aan de prijsuitreiking al medegedeeld. 'Maar dat de overall titel ook mijn kant zou opvallen, had ik absoluut niet zien aankomen. Ik ben altijd mega kritisch op mijn eigen werk en vind het eigenlijk nooit goed genoeg. Ook de winnende foto vind ik bij lange na niet perfect. Ik zie in dat beeld nog zoveel dingen die wat mij betreft niet kloppen. Het werk van collega's daarentegen zag ik in Londen in de aanloop naar de officiële prijsuitreiking voor het eerst. Daar kijk ik dan op een heel andere manier naar dan naar mijn eigen werk. Ik was behoorlijk onder de indruk van dat werk. In een dergelijk veld, vind ik mijn eigen beelden gewoon minder bijzonder. Dat eigen werk ken ik allang. Zo heb ik die serie van die apen twee jaar geleden al geschoten. Sindsdien heb ik die al zo vaak voorbij zien komen... Ik heb ze ook al een paar keer opnieuw bewerkt. Die beelden zijn voor mij na twee jaar heel gewoon geworden. Zo gewoon dat ik me niet meer kan voorstellen dat het voor mensen die ze voor de eerste keer zien, wel heel bijzonder is. Daar heb ik werkelijk niet bij stil gestaan. Toen mijn naam werd uitgesproken, dacht ik ook echt even dat het een grap was.'
The Golden Couple
Een compromis
Wat maakt The Golden Couple volgens Marsel 'bij lange na niet perfect'? 'Ik streef er in mijn fotografie altijd naar om vormen van elkaar te scheiden. Een zwakte in dit beeld is dat die twee apen aan elkaar vast zitten. Daar was ik mij tijdens het fotograferen al van bewust, maar ik moest een compromis maken. Ik wilde namelijk ook de rugharen van de aap op de voorgrond goed in beeld brengen. Om de apen van elkaar te scheiden, moest ik een flinke stap naar rechts maken maar in dat geval ging mijn mooie hoek verloren waarbij ik juist die haren op de rug goed in beeld had. Het was dus het een of het ander. Ik koos voor de haren op de rug. Het kan nu eenmaal niet altijd perfect zijn. Los daarvan zie je in de achtergrond, recht boven die tweede aap, ook nog een derde aap zitten. Die is compleet out of focus maar toch stoort mij dat. Mijn fotografie kenmerkt zich juist door het feit dat ik een afkeer heb van afleidende elementen. Over het algemeen zien mijn beelden er heel schoon, bijna klinisch uit. Eenvoudig, to the point en helder. Om die reden is een bos voor mij sowieso een heel moeilijke, artistiek uitdagende locatie om te fotograferen. Normaal gesproken zou ik dat afleidende element in het beeld er moeiteloos uitgepoetst hebben. Echter, in dat geval had ik dit beeld niet kunnen insturen voor deze tamelijk fundamentalistische competitie waarbij je ook altijd je RAW materiaal moet meesturen. Als daar uit blijkt dat je aan het poetsen bent geweest, lig je er uit. Dat dwong mij om op artistiek vlak water bij de wijn te doen.'
'En natuurlijk zijn dit details', vervolgt Marsel. 'Maar dit is mijn vak. Ik fotografeer iedere dag. Dan ontwikkel je een heel uitgesproken en eigen beeldtaal. Dan ga je je met details bezighouden die een normaal mens bij wijze van spreken niet ziet. Maar ik wel. In die zin ben ik de grootste criticus van mijn eigen werk. En dat geldt waarschijnlijk voor veel van mijn collega's. Als ik dit soort dingen voorleg aan anderen, halen ze niet zelden de schouders op. Ze zien het simpelweg niet. Een ander ziet het grotere geheel. De combinatie van compositie, het onderwerp, het licht en de kleuren. Dat zijn de zaken die in het oog springen. Een blaadje dat te licht of te donker is, of op de verkeerde plek ligt, dat zien ze niet. En gelukkig maar. In die zin is deze prijs voor mij ook een interessant fenomeen. Ik heb in het verleden heel vaak beelden niet ingestuurd omdat ze niet aan mijn eigen eisen voldeden.'
Twee heel verschillende stijlen
Daar waar veel natuurfotografen een duidelijke keus maken tussen wildlife- of landschapsfotografie doet Marsel het allebei. En ook nog eens heel goed. Hoe ziet hij dat zelf? En waarmee is hij begonnen? 'Beide disciplines spelen zich buiten in de natuur af. Maar eigenlijk houden daar alle vergelijkingen op. Het zijn twee heel verschillende stijlen die allebei vragen om een heel andere kijk, apparatuur en fotografische techniek. Landschapsfotografie is relatief eenvoudig. Daarbij hoef je eigenlijk nooit echt snel te zijn. Je weet precies wanneer de zon opkomt en weer ondergaat. Wanneer je het verprutst, ga je de volgende dag gewoon weer terug naar die plek en krijg je weer een nieuwe kans. In theorie kun je iedere dag naar precies dezelfde plek terug gaan en blijven fotograferen totdat je dé foto hebt. Met dieren is dat absoluut niet het geval. Wanneer je op de perfecte tijd op de perfecte plek staat, is de kans dat het dier daar dan ook is, bijzonder klein. En is het dier er wel, dan is hij er niet zelden op de verkeerde tijd. Dan is het licht bijvoorbeeld helemaal ruk. En wanneer het licht wel goed is en het dier is er ook, dan kijkt het dier de verkeerde kant op... Er is altijd wel iets dat er voor zorgt dat het niet goed is. Dat maakt wildlife fotografie zo ontzettend moeilijk. Om het te laten slagen, moet je er heel veel tijd voor uittrekken. Ook moet je beschikken over engelen geduld. Daarnaast moet je direct reageren wanneer hét moment zich voordoet. Kortom, een wildlife fotograaf moet in een super korte tijd, heel veel beslissingen nemen. Dat maakt het echt totaal anders dan landschapsfotografie.'
Wat landschapsfotografie zo moeilijk maakt, zijn volgens Marsel de vele creatieve keuzes die je kan maken. 'Wanneer je een landschap inloopt met heel mooi licht, zie je meteen dat het een mooi landschap is. Maar dan? Waar richt je je objectief op? Waar je ook kijkt, het is mooi? Wat kies je dan? Wat wordt jouw compositie? Welke elementen neem je wel en welke elementen neem je niet mee? Dat soort stress heb je niet niet bij wildlife fotografie. Je bent op safari en ineens doemt daar een leeuw op. Dan is direct duidelijk waar je je objectief op moet richten. Dat is wat mij betreft een van de grootste verschillen tussen beide genres. In die zin vraagt landschapsfotografie om veel meer visie dan wildlifefotografie. Waar kies je voor uit het brede scala aan mogelijkheden. Het vergt kortom een heel andere kijk en werkwijze. Voor mij werkt het goed om beide genres af te wisselen. Dan het een, dan het ander. Op die manier dwing ik mijzelf steeds om anders te kijken en anders te denken. Dat houdt me scherp én het voorkomt dat ik op de automatische piloot ga schieten. Als je heel vaak hetzelfde doet, word je daar heel handig in en bestaat het gevaar dat je stopt met nadenken.'
Combinatie van twee genres
Zelf begon Marsel met het fotograferen van dieren en daar lag aanvankelijk ook zijn focus. 'Landschappen deed ik er af en toe eens bij. Pas gaandeweg ging ik dat steeds vaker doen. Inmiddels ben ik zo ver dat ik landschappen eigenlijk uitdagender vind dan dieren. Maar ik vind dieren ook nog altijd heel leuk om te fotograferen. Mijn absolute doel is tegenwoordig een combinatie van die twee genres. Een mooi landschap met daarin een dier. Een beeld waarin beide genres terugkeren en elkaar versterken. Dat is het ultieme doel, en meteen de meest moeilijke uitdaging. Ik zie heel vaak een mooi dier maar dan is de omgeving waarin het dier staat helemaal niets. Of ik zie een prachtig landschap waarin geen dier te bekennen is. Zo ziet de realiteit er meestal uit.' Het is een realiteit die het beslissingsproces van Marsel tegenwoordig veel eenvoudiger maakt. 'Ik kies steeds vaker voor een specifiek gebied vanwege de schoonheid en de fotografische mogelijkheden in dat gebied. Vervolgens ga ik kijken welke dieren er in dat gebied leven. Wanneer die twee vervolgens samen vallen, is dat super. Zo niet, dan heb ik altijd nog mijn mooie omgeving.'
Wereldreiziger
Wanneer we het schema van Marsel onder de loep nemen, dan zien we dat hij eigenlijk het hele jaar door de wereld rondreist. Heeft hij bepaalde voorkeuren? Het antwoord is kort en krachtig, 'nee!'. 'Ik vind het allemaal leuk. Zoals ik geen favoriete maaltijd heb, heb ik ook geen favoriete gebieden. Ik ga naar bepaalde gebieden toe omdat ik weet dat ik er mooie foto's kan maken en omdat ik die gebieden interessant vind. Op het moment dat ik ze niet meer leuk vind, ga ik er niet meer naar toe. Zo simpel is het. En ja, dat is een bevoorrechte positie. Maar die positie is me niet komen aanwaaien. Daar heb ik heel hard voor gewerkt. Voordat ik deze stap nam, was ik vijftien jaar actief in de reclame als art-director. Ook heel creatief maar wel altijd in opdracht van... Daar was ik naar vijftien jaar klaar mee. Het altijd maar in opdracht van werken, zat steeds vaker mijn creativiteit in de weg. Dat bracht mij bij mijn besluit om van mijn hobby fotografie mijn werk te maken. Dat was en is niet eenvoudig en vergt enorm veel toewijding, inzet en tijd. In die zin werk ik veel harder dan dat ik in de reclame ooit heb gedaan.'
Tip van Marsel
'De belangrijkste tip die ik iedereen altijd geef, is om je eigen ding te doen. Dat klinkt heel erg voor de hand liggend, maar dat is het kennelijk niet. Veel fotografen doen absoluut niet hun eigen ding, maar andermans ding. Als je wilt dat jouw beelden echt opvallen, moet je zorgen dat ze er uit springen. Dat impliceert dat je iets moet verzinnen om daadwerkelijk andere beelden te maken. Er zijn legio mogelijkheden om dat voor elkaar te krijgen. Dat kan het onderwerp zijn, een speciale techniek, een bepaalde manier van bewerken. Het draait om de oorspronkelijkheidsgedachte. Bij alles wat ik zelf fotografeer denk ik altijd: wat heb ik hier zelf als fotograaf aan toegevoegd? Wat maakt dit beeld anders dan wat er al is? Dat is de essentie. Als ik een onderwerp ga fotograferen, kijk ik ook altijd eerst naar wat er al is van dat onderwerp. Wat hebben al mijn collega's al gefotografeerd? Vervolgens ga ik kijken hoe ik daar een eigen draai aan kan geven. Dat kan een heel klein, subtiel verschil zijn. Zolang het maar anders is. Wanneer iedereen daar naar zoekt, wordt het vak beter. Dat impliceert ook dat de kijkers steeds weer verrast worden door andere foto's. Dit is overigens ook het moeilijkste van fotografie, het bedenken van wat je gaat doen en hoe je het gaat doen op een geheel eigen manier.'
Marsel en Nikon
'Ik fotografeer sinds jaar en dag met Nikon maar ik ben niet een officiële Nikon ambassadeur. Wel heb ik in opdracht van Nikon twee grote, wereldwijde introductieprogramma's gedaan. Zo was ik vorig jaar augustus nauw betrokken bij de introductie campagne van de Nikon D850 en dit jaar was ik zeer nauw betrokken bij de introductie van het nieuwe Z systeem. Nikon zocht naar beeldmakers die de sterke punten van de D850 en de Z7 over het voetlicht kunnen brengen. In het geval van de D850 was timelapse een van die speerpunten. Ik heb er ooit een gemaakt en uitgerekend die vond Nikon Japan de mooiste die ze konden vinden. Zo kwamen ze voor dit specifieke speerpunt bij mij uit. Ze waren erg blij met het eindresultaat. Dat bracht ze ook dit jaar voor de introductie van de Z7 weer bij mij. Voor die camera hadden ze mij specifiek benaderd voor landschap. Vervolgens ben ik op zoek gegaan naar een landschap dat goed past bij de Z7. Een belangrijk speerpunt van de Z7 is scherpte, van hoek tot hoek en van rand tot rand. Zo kwam ik uit bij een gebergte in Madagaskar. Dat is van zichzelf een vlijmscherp landschap. Dat is een heel moeilijk gebied om je in voort te bewegen en dus ook heel lastig om er te fotograferen. Maar dat moest het voor mij wel absoluut worden en is het ook geworden.'
Marsel van Oosten
Toen Marsel ruim tien jaar geleden begon als natuurfotograaf stelde hij zichzelf bepaalde doelen. De voornaamste was een publicatie in National Geographic magazine. 'Dat is voor een fotograaf de ultieme bevestiging van je kunnen. Binnen een jaar had ik die publicatie te pakken. Snel daarna weer één, en weer één... Dat heeft mijn loopbaan een enorme boost gegeven. Daardoor zagen heel veel mensen mijn werk. Ga maar na, dat magazine heeft wereldwijd een oplage van tien miljoen. Dankzij die publicaties deed ik veel nieuwe contacten op en kreeg ik ook veel aanvragen voor de verkoop van prints. Kortom, het gaf me een vliegende start. Dat is enorm belangrijk geweest voor mijn verdere loopbaan als natuurfotograaf.'
Beelden bij dit artikel: © Marsel van Oosten
Tijdens de allereerste DIGIFOTO Podcast, die vorige week live ging, spraken wij ook met Marsel. Nieuwsgierig. Beluister het snel in onderstaande link.
Lees ook: Primeur! DIGIFOTO Podcast
In DIGIFOTO Pro 6.2018, die nu in de winkel ligt, lees je ook een interview met Marsel. En niet alleen met Marsel:
Lees ook: Interview met Frits van Eldik
Lees ook: WAD! werd Ruben Smit bijna fataal