Cryptomnesia, en hoe je per ongeluk plagiaat kunt plegen
Creatief brein
Windsor zegt dat cryptomnesia iets is wat in alle creatieve uitingen voor kan komen. In zijn geval was het de montage van een video, George Harrison van the Beatles had het met muziek. Een werk dat je ooit eens hebt gezien neemt ergens in je onderbewuste een plaatsje in. Je denkt er niet meer aan, maar het zit blijkbaar nog ergens. Vervolgens maak je, wellicht jaren later, iets waarvan je zelf overtuigd bent dat het uit jouw brein ontsproten is. Je hebt het zelf bedacht, en je was er zelf bij dus er is geen twijfel mogelijk. Toch blijkt het werk ineens al te bestaan.
Nooit kopiëren
Dat is cryptomnesia. Windsor belicht vier redenen waarom je nooit werk van anderen zou moeten kopiëren (bewust dan):
- Je neemt inkomsten van anderen weg
- Je staat altijd in de schaduw van de originele creator
- Je krijgt er (financiële) problemen mee
- Je interpretatie van de wereld is eigenlijk die van een ander
Hoe voorkom je het?
Kun je dan nooit meer in je eigen verzinsels geloven? Daar heeft hij vijf stappen voor bedacht:
- Invloed van buitenaf omarmen. Inspiratie is niets om je voor te schamen.
- Vraag een second opinion aan iemand die in hetzelfde veld werkt (aka een andere fotograaf)
- Wees kritisch op ideeën die zich te gemakkelijk aandienen
- Snap hoe je eigen brein werkt en waar jouw ideeën vandaan komen.
- Een idee van Windsor dat hij ‘het witte canvas probleem’ noemt. Het komt erop neer dat wanneer je een aantal elementen/gegevens hebt waarmee je begint vanaf nul, neig je snel naar het bekende. Wat zou er gebeuren als je niet vanaf nul begint, maar juist uitgaat van een bestaand werk en daar met opzet van afwijkt? Hierdoor ben je wellicht eerder geneigd om nieuwe dingen uit te proberen en nieuwe ideeën te ontwikkelen